Tegenwoordig maken we al snel gebruik van Engelse woorden in het dagelijks leven. Zo had ik tijdens het presenteren van mijn project aan de ouderen al moeite om het woord ‘feedback’ niet te gebruiken. Met de komst van het internet is het een stuk makkelijker voor jongvolwassenen om Engels te leren. Informatie wordt soms ook alleen in het Engels gegeven. Naast het internet krijgen kinderen ook Engelse les op school. Veel ouderen hadden deze luxe vroeger niet. Zij hadden geen les in die taal en hadden ook geen internet. Veel ouderen kunnen daardoor geen volledige zinnen in het Engels schrijven. Veel specifieke Engelse woorden zullen zij ook niet begrijpen.

Naast de taalbarrière die ouderen hebben snappen ze ook niet alle Nederlandse woorden. De afgelopen jaren zijn er ook veel nieuwe woorden bijgekomen voor het benoemen van digitale dingen. Zo kwam ik bij het testen erachter dat veel ouderen ‘navigatiemenu’ niet begrepen. Zij zien een website niet als navigeren. Zo werd er: “Ik kan toch blijven zitten, ik hoef toch niet te vertrekken?” gezegd door een testpersoon wanneer ik vroeg wat zij dacht bij navigatiemenu.

Daarom is de website zo simpel mogelijk uitgelegd. Veel inhoud is erg versimpeld uitgelegd. Ook worden er veel notities gebruikt om onderdelen nog iets beter uit te leggen. Ouderen willen alles zeker weten voor ze een keuze maken. Maar knoppen kunnen niet te groot worden, anders wordt het te snel te druk op de pagina. Daarom is er voor gekozen om veel functies nog extra uit te leggen door kleine tekst te plaatsen. Hieronder vindt u een paar voorbeelden.

Untitled

Figuur 1 | Uitleg dat er meer informatie gevonden kan worden wanneer er gescrold wordt

Untitled

Figuur 2 | Illustratie-uitleg over het scrollen

Untitled

Figuur 3 | Illustratie-uitleg over waar het lidnummer gevonden kan worden

Untitled

Figuur 5 | Tekstuele uitleg met pijlen over wat er gedaan kan worden

Untitled

Figuur 4 | Tekstuele uitleg met pijlen over wat er gedaan kan worden

Untitled

Figuur 6 | Tekstuele uitleg over iteractie

Daarnaast zijn woorden als ‘toegankelijkheidsopties’ en ‘navigatiemenu’ getest en veranderd naar ‘leesbaarheid verbeteren’ en ‘Wat wilt u doen?’ zodat dit beter aan de woordenkennis en aannames van de ouderen voldoet.